Bonus voor wie baan vindt: streep door lening bij Sociale Dienst

Jongeren in de bijstand die geld hebben geleend van de Sociale Dienst voor de aanschaf van een wasmachine of koelkast, krijgen die ‘leenbijstand’ kwijtgescholden als ze werk vinden. Ook krijgen ze voortaan de keus tussen een lening afsluiten of het benodigde apparaat gratis ophalen bij de kringloopwinkel. Mensen die hulp krijgen om problematische schulden op te lossen, hoeven niet te lenen om zulke gebruiksgoederen aan te schaffen. Zij krijgen het bedrag als gift.

Deze drie maatregelen maken deel uit van een pakket, waarmee wethouder Henk Kool (Sociale Zaken, Werkgelegenheid en Economie), de strijd tegen ‘het veelkoppige monster van de armoede’ wil intensiveren.

Mensen met schulden zijn vaak moeilijk uit de bijstand en aan het werk te helpen. Dat komt doordat de extra inkomsten uit werk eerst gebruikt worden om de lening af te lossen. Wethouder Kool denkt dat daarom dat kwijtschelding van leenbijstand een stimulans is om werk te aanvaarden. De lening wordt niet ineens kwijtgescholden, maar in etappes, afhankelijk van de tijd dat iemand een betaalde baan heeft.

Kringloop
Gedacht wordt aan een minimumperiode van een half jaar. De maatregel om jongeren die geld willen lenen voor de aanschaf van een wasmachine of koelkast naar de kringloopwinkel te verwijzen, moet voorkomen dat jongeren te veel schulden opbouwen.

Gift
Mensen die kampen met problematische schulden en de hulp van de Gemeentelijke Kredietbank hebben ingeroepen krijgen helemaal geen leenbijstand meer, maar een gift. ,,Aan de voorkant een lening verstrekken voor noodzakelijke kosten en aan de achterkant de schuldhulpverlening regelen is dweilen met de kraan open”, zegt Kool.

Ruimere inkomensgrenzen
De inkomensgrenzen worden iets ruimer gesteld, zodat iedereen met een inkomen tot 110 procent van de bijstandsnorm in aanmerking komt voor leenbijstand. Nu worden mensen die net iets meer hebben dan het sociaal minimum verwezen naar de Gemeentelijke Kredietbank. Vervolgens blijkt vaak dat ze niet voldoende geld hebben om een lening met rente af te lossen en komen ze met een U-bocht weer terug bij de Sociale Dienst voor leenbijstand. Dat gebeurt zo’n vierduizend keer per jaar.
Voortaan zal bij elk beroep op leenbijstand - zo’n vijfduizend per jaar - worden bekeken of iemand in de schulden zit en hulp nodig heeft.

Om te bevorderen dat minima meedoen aan het sociale leven - sport, hobbyclubs, culturele activiteiten - wil wethouder Kool soepeler omgaan met toekenning van bijzondere bijstand voor uitgaven die hiermee verband houden: de aanschaf van een fiets, sportattributen of kleding of een bezoek aan de kapper om er bij de dansclub niet als muurbloempje bij te hoeven staan.

,,Voor mensen met een laag inkomen zijn zulke kosten vaak de sluitpost van de begroting. Dat belemmert mensen dan weer om actief te worden. Gezien het grote belang van participatie is dat niet acceptabel”, aldus Kool.